Kasimir und Karoline is een van de belangrijkste sociaalkritische volksstukken uit de eerste helft van de twintigste eeuw. Het verhaal speelt zich af op de kermis. De uitgelaten sfeer staat in schril contrast met het troosteloze liefdesdrama waarvan we getuige zijn. Kasimir en Karoline slagen er ondanks hun liefde niet in hun kansarme sociale milieu te ontstijgen. Horváth zelf zei erover: Het is een ballade van de werkeloze chauffeur Kasimir en zijn bruid…, een ballade vol stil verdriet, verzacht door humor; althans door het alledaagse inzicht: “sterven moeten we allemaal”.